Het verhaal van Robert
Ik was een vroege zestiger toen ik in 2007 vaststelde dat mijn linker tepel begon te ontaarden. Geen bloedverlies, geen pijn maar een vorm van degeneratie. Ik ging naar de huidarts en die dacht dat mijn psoriasis ook mijn tepel had aangetast. Ik kreeg de raad om de zalf die ik voor de behandeling van psoriasis gebruikte, ook op deze tepel te smeren. Maanden heb ik dat volgehouden, tot het duidelijk werd dat er meer aan de hand was. Ik ging terug naar de dermatoloog en die vermoedde onmiddellijk dat het hier ging om borstkanker. Er werden huidstalen genomen, bloed getrokken. Kortom de hele medische fanfare werd in gang gezet. Na dit bezoek aan de huidarts heb ik contact gezocht met een ervaringsdeskundige over borstkanker. Die gaf mij de raad om onmiddellijk de dokters te raadplegen die hem enkele jaren voordien, goed geholpen hadden.
Zo kwam ik op consultatie bij een gynaecoloog en later bij een kankerspecialist. Die heeft mij verder begeleid naar de operatie toe. Intussen was er met zekerheid vastgesteld dat het om een kwaadaardige tumor in de borst ging. De datum van de operatie werd vastgelegd, en vooraf aan deze ingreep werden er nog een aantal onderzoeken gepland. Op éénentwintig juni 2007 was het zover: de linkerborst werd verwijderd en na deze operatie zou moeten blijken of er nog verdere chirurgische ingrepen zouden nodig zijn. Zeer vlug kreeg ik het verlossend telefoontje dat nog meer snijden niet nodig was en dat, na de genezing van de wonde, een bestraling van ongeveer vijfentwintig opeenvolgende werkdagen voldoende zou zijn. Na een week hospitalisatie kon ik thuis verder uitrusten.
De bestralingen duurden de ganse maand september 2007. Ik ging elke dag naar het ziekenhuis, werd bestraald en mocht huiswaarts keren. Mijn beroep was toen inspecteur in het onderwijs. Met een minimum aan ziekte verlof heb ik het einde van de maand september gehaald. Na de laatste bestraling was ik zeer moe en heb ik een zestal weken volledige rust genomen. Gedurende vijf jaar heb ik medicatie geslikt om alle risico’s op hervallen te verminderen.
De dokters volgden mijn toestand op. Eerst met driemaandelijkse controles; dan alle zes maanden en nu nog om het jaar. Tot op heden kreeg ik uitsluitend geruststellende berichten van de artsen. Nog steeds wordt er om de twee jaar een uitvoerig onderzoek gedaan bij een radioloog om eventuele nieuwe sporen van deze ziekte te kunnen vaststellen.
Ik volg de adviezen van de dokters nog steeds strikt op, maar ik heb deze onaangename periode uit mijn leven eigenlijk al lang afgesloten. Intussen heb ik de leeftijd van tachtig+ bereikt en een mogelijk nieuwe borstkanker is niet meer mijn grootste probleem. Andere kwalen en kwaaltjes, die misschien minder levensbedreigend zijn vragen nu om meer aandacht.
De borstkanker is er niet in geslaagd om mijn leven achteraf drastisch te veranderen. Ik ga nog regelmatig zwemmen en draag bij warm weer een gewone T-shirt. Ook medisch gezien vertrouw ik er op dat borstkanker mij niet langer zal kwellen. Ik prijs mij gelukkig dat ik in een land mag leven met een goede geneeskunde, die voor iedereen toegankelijk is. Meer in het bijzonder dank ik alle dokters en verpleegkundigen die het beste van zichzelf hebben gegeven om mij toe te laten, na zoveel jaren, deze tekst te schrijven.
.
Robert Joncret uit Brecht, geboren in 1944
Zo kwam ik op consultatie bij een gynaecoloog en later bij een kankerspecialist. Die heeft mij verder begeleid naar de operatie toe. Intussen was er met zekerheid vastgesteld dat het om een kwaadaardige tumor in de borst ging. De datum van de operatie werd vastgelegd, en vooraf aan deze ingreep werden er nog een aantal onderzoeken gepland. Op éénentwintig juni 2007 was het zover: de linkerborst werd verwijderd en na deze operatie zou moeten blijken of er nog verdere chirurgische ingrepen zouden nodig zijn. Zeer vlug kreeg ik het verlossend telefoontje dat nog meer snijden niet nodig was en dat, na de genezing van de wonde, een bestraling van ongeveer vijfentwintig opeenvolgende werkdagen voldoende zou zijn. Na een week hospitalisatie kon ik thuis verder uitrusten.
De bestralingen duurden de ganse maand september 2007. Ik ging elke dag naar het ziekenhuis, werd bestraald en mocht huiswaarts keren. Mijn beroep was toen inspecteur in het onderwijs. Met een minimum aan ziekte verlof heb ik het einde van de maand september gehaald. Na de laatste bestraling was ik zeer moe en heb ik een zestal weken volledige rust genomen. Gedurende vijf jaar heb ik medicatie geslikt om alle risico’s op hervallen te verminderen.
De dokters volgden mijn toestand op. Eerst met driemaandelijkse controles; dan alle zes maanden en nu nog om het jaar. Tot op heden kreeg ik uitsluitend geruststellende berichten van de artsen. Nog steeds wordt er om de twee jaar een uitvoerig onderzoek gedaan bij een radioloog om eventuele nieuwe sporen van deze ziekte te kunnen vaststellen.
Ik volg de adviezen van de dokters nog steeds strikt op, maar ik heb deze onaangename periode uit mijn leven eigenlijk al lang afgesloten. Intussen heb ik de leeftijd van tachtig+ bereikt en een mogelijk nieuwe borstkanker is niet meer mijn grootste probleem. Andere kwalen en kwaaltjes, die misschien minder levensbedreigend zijn vragen nu om meer aandacht.
De borstkanker is er niet in geslaagd om mijn leven achteraf drastisch te veranderen. Ik ga nog regelmatig zwemmen en draag bij warm weer een gewone T-shirt. Ook medisch gezien vertrouw ik er op dat borstkanker mij niet langer zal kwellen. Ik prijs mij gelukkig dat ik in een land mag leven met een goede geneeskunde, die voor iedereen toegankelijk is. Meer in het bijzonder dank ik alle dokters en verpleegkundigen die het beste van zichzelf hebben gegeven om mij toe te laten, na zoveel jaren, deze tekst te schrijven.
.
Robert Joncret uit Brecht, geboren in 1944