Het verhaal van Auguste
Op een nacht werd ik wakker van pijn in mijn rechterborst. Bij het betasten van de borst voelde ik iets hard, maar gaf er niet veel aandacht aan, de pijn ging voorbij en viel ik terug in slaap. In de verste verte kwam de mogelijkheid van kanker niet in mij op. Mannen krijgen toch geen borstkanker. Bij het opstaan controleerde ik mijn borst voor de spiegel. Er was niets aan te zien, maar dat hard plekje was wel nog voelbaar. Ik gaf er niet veel aandacht aan.
Bij het ontbijt nam ik, zoals iedere dag, een pilletje tegen de grote prostaat.
In die bijsluiter had ik gelezen dat klontervorming in de borststreek een mogelijke bijwerking was. Dat deed nog geen kankerbelletje rinkelen maar ik ben toch naar de huisarts geweest die mij naar de radiografie stuurde. Vanaf dan bekroop mij een zekere ongerustheid omdat men mij gedurende2 weken ontwijkende antwoorden gaf. Zelfs na een biopsie kreeg ik niet meteen een vaststaand antwoord, zodat ik voor het dilemma stond onze vakantie al of niet uit te stellen.
Bij thuiskomst van de deugddoende vakantie vernam ik dat ik borstkanker had.
Het vervolg was een klassieke interventie. Eerst voorbereidende onderzoeken, dan een operatie en na ontslag uit het ziekenhuis een afspraak voor een bestralingssessie. Chemo was niet nodig.
Ik heb mij tijdens het hele parcours geen minuut angstig gevoeld. De medische ploeg was liefdevol en zeer meevoelend. De hoop op volledige genezing bleef onaangetast. Toch bleef er twijfel bestaan over het al dan niet uitgezaaid zijn. Daarover kon na het onderzoek van de lymfeklieren geen zekerheid gegeven worden.
Een ander probleem was het steeds wederkerende vocht dat zich opstapelde op de plaats van de borstamputatie. Men heeft het meermaals afgetapt echter zonder blijvend resultaat. Men heeft mij aangeraden er niet meer aan te denken en te blijven hopen dat het met de tijd toch zal wegblijven. Dit is ook gebeurd, alhoewel niet helemaal. Na een tijd komt het toch weer even terug om dan weer te verdwijnen. Ook nu nog, 7 jaar na de operatie.
Deze postoperatieve probleempjes vertel ik ter herinnering. We mogen van artsen en verzorgers niet altijd verwachten dat ze alles kunnen fixen. Ook zij kunnen twijfelen en toch blijven ze zoeken, terwijl ze bemoedigend met ons begaan zijn. Zij verdienen ten volle onze waardering, en vooral, ons vertrouwen. Ik kan getuigen dat ik daardoor deze droevige periode zonder angsten, en steeds hoopvol, ben doorgekomen.
Luc Verstraeten Keerbergen ° 1934
Bij het ontbijt nam ik, zoals iedere dag, een pilletje tegen de grote prostaat.
In die bijsluiter had ik gelezen dat klontervorming in de borststreek een mogelijke bijwerking was. Dat deed nog geen kankerbelletje rinkelen maar ik ben toch naar de huisarts geweest die mij naar de radiografie stuurde. Vanaf dan bekroop mij een zekere ongerustheid omdat men mij gedurende2 weken ontwijkende antwoorden gaf. Zelfs na een biopsie kreeg ik niet meteen een vaststaand antwoord, zodat ik voor het dilemma stond onze vakantie al of niet uit te stellen.
Bij thuiskomst van de deugddoende vakantie vernam ik dat ik borstkanker had.
Het vervolg was een klassieke interventie. Eerst voorbereidende onderzoeken, dan een operatie en na ontslag uit het ziekenhuis een afspraak voor een bestralingssessie. Chemo was niet nodig.
Ik heb mij tijdens het hele parcours geen minuut angstig gevoeld. De medische ploeg was liefdevol en zeer meevoelend. De hoop op volledige genezing bleef onaangetast. Toch bleef er twijfel bestaan over het al dan niet uitgezaaid zijn. Daarover kon na het onderzoek van de lymfeklieren geen zekerheid gegeven worden.
Een ander probleem was het steeds wederkerende vocht dat zich opstapelde op de plaats van de borstamputatie. Men heeft het meermaals afgetapt echter zonder blijvend resultaat. Men heeft mij aangeraden er niet meer aan te denken en te blijven hopen dat het met de tijd toch zal wegblijven. Dit is ook gebeurd, alhoewel niet helemaal. Na een tijd komt het toch weer even terug om dan weer te verdwijnen. Ook nu nog, 7 jaar na de operatie.
Deze postoperatieve probleempjes vertel ik ter herinnering. We mogen van artsen en verzorgers niet altijd verwachten dat ze alles kunnen fixen. Ook zij kunnen twijfelen en toch blijven ze zoeken, terwijl ze bemoedigend met ons begaan zijn. Zij verdienen ten volle onze waardering, en vooral, ons vertrouwen. Ik kan getuigen dat ik daardoor deze droevige periode zonder angsten, en steeds hoopvol, ben doorgekomen.
Luc Verstraeten Keerbergen ° 1934